>>>  Laatst gewijzigd: 26 november 2020   >>>  Naar www.emo-level-8.nl  
Ik

Notities bij boeken

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Notities

Incididunt nisi non nisi incididunt velit cillum magna commodo proident officia enim.

Cassette Freud 'Studienausgabe' Sigmund FREUD
(1898a) Die Sexualität in der Ätiologie der Neurosen in: Studienausgabe, Herausgegeben von Alexander Mitscherlich, Angela Richards, James Strachey - Band 5 - Sexualleben, p.11-35.
Frankfurt am Main: Fischer Taschenbuch Verlag, 1982
ISBN 35 9627 3056

[Dit is geen stuk waarin theoretisch veel nieuws te berde wordt gebracht. Het nieuwe is eigenlijk alleen maar dat Freud nu veel kritiek heeft op artsen en de maatschappij.]

Wat in het vorige stuk (1896c) minder uitgesproken gebeurde, wordt hier onomwonden naar voren gebracht: Freud stelt nu vanaf het begin dat elke neurotische ziekte veroorzaakt wordt door momenten uit het seksuele leven, al moet er nog veel onderzocht worden (15). Alle argumenten om je als arts [hij bedoelt hier denk ik vooral de psychiaters en psychotherapeuten, maar die labels bestonden indertijd waarschijnlijk nog niet] niet met het seksuele leven van je patiënten bezig te houden veegt Freud op p.15-18 van tafel.

"Ich weiß, daß es an Bemühungen nicht fehlen wird, den Arzt durch ethisch gefärbte Argumente von der Verfolgung dieses Gegenstandes abzuhalten."(15)

Het zou een gevaar zijn voor de patiënt, ja zelfs voor de samenleving. Het zou het gezinsgeluk verstoren, het zou met name kwetsend zijn voor schaamtevol gedrag bij vrouwen, het zou een belediging zijn voor de onschuld van jongeren, het zou het gezag van de ouders aantasten. Het zou de arts teveel macht over zijn patiënten geven.

"Man darf wohl antworten: Das ist die Außerung einer des Artztes unwürdigen Prüderie, die mit schlechten Argumenten ihre blöße mangelhaft verdeckt."(16)

Freud weerlegt dat soort bezwaren. Hij merkt bijvoorbeeld op dat met name veel vrouwen [hij bedoelt hier getrouwde vrouwen, lijkt het] opgelucht zijn dat ze bij een arts eens open over hun seksuele ervaringen kunnen praten, omdat de normale wereld waarin ze leven dat veroordeelt.

"Unter gewissen anderen Umständen, etwa bei jongen Mädchen, die ja systematisch zur Verhehlung ihres Sexuallebens erzogen werden, wird man sich mit einem recht beschieden Maße von aufrichtigem Entgegenkommen begnügen müssen."(17)

[Freud constateert hier een maatschappelijk feit, althans voor de 'hogere lagen' van de samenleving, maar past zich als arts blijkbaar aan dat gegeven aan. In feite veroordeel je als arts dan die ervaringen van jonge meisjes net zo erg als de omgeving. Fijn voor die meisjes ...]

Hij vindt die bezwaren dus ongeldig en trekt nogmaals de tegenovergestelde conclusie dat het normaal zou moeten zijn om seksualiteit als oorzaak voor neurosen aan te nemen. Hij vindt dat er in het algemeen wel wat meer openheid over seksualiteit mag ontstaan en stelt de huichelarij en de intolerantie aan de kaak:

"Wir haben aber alle ein Interesse daran, daß auch in sexuellen Dingen ein höherer Grad von Aufrichtigkeit unter den Menschen Plicht werde, als er bis jetzt verlangt wird. Die sexuelle Sittlichkeit kann dabei nur gewinnen. Gegenwärtig sind wir in Sachen der Sexualität samt und sonders Heuchler, Kranke wie Gesunde. Es wird und nur zugute kommen, wenn im Gefolge der allgemeinen Aufrichtigkeit ein gewisses Maß von Duldung in sexuellen Dingen zur Geltung gelangt."(18)

[Zie voor een nog uitgebreidere stellingname p.29.]

Hij ziet graag dat artsen praktische voordelen weten te halen uit zijn theorieën. Dat praktische koppelt hij aan zijn indeling in
1/ "Aktualneurosen" (neurasthenie, angstneurose, waarin de seksuele beleving actueel een rol speelt en die hij tot nu toe meer somatisch zag) en
2/ "Psychoneurosen" (hysterie, dwangneurose, waarin de seksuele beleving in de vroege jeugd ligt en verdrongen is; 'psycho' slaat dus op de psychische achtergronden van deze neurosen.

Aktualneurosen

Wat betreft de eerste groep haalt hij allerlei oorzaken van stal die hij ook al noemde in 1895b zoals masturbatie, pollutie, coïtus interruptus, abstinentie bij sterk libido [nu excessieve masturbatie, veelvuldige polluties - 20; zou hij twijfel gaan voelen?] , waarbij hij tegenvoorbeelden zelfs uitsluit (21). Wel ziet hij dat andere factoren ook een rol kunnen spelen zoals erfelijkheid, de invloed van de beschaving, uitputting door bv. overwerktheid (22-23), maar hij relativeert die sterk in het voordeel van een seksuele aetiologie (hij heeft het over een "grof verwaarloosd en verdorven seksleven" - 23). Centrale punt is: "Aufregung ohne normale Befriedigung"(25). Masturbatie moet afgeleerd worden (26) en de patiënt moet gestuurd worden in de richting van 'normaal geslachtsverkeer'(27).

"Wenn man den vorliegenden Fall von neurasthenischer Neurose sicher diagnostiziert und dessen Symptome richtig gruppiert hat, so darf man sich die Symptomatik in Ätiologie übersetzen und dann von den Kranken dreist die Bekräftigung seiner Vermutungen verlangen. Anfängliche Widerstand darf einen nicht irremachen; man besteht fest auf dem, was man erschlossen hat, und besiegt endlich jeden Widerstand dadurch ..."(20)

[Ik blijf dat toch maar gevaarlijk vinden. Je moet toch wel erg zeker zijn van je uitgangspunten en kennis, wil je dit kunnen doen. Het risico dat je allerlei denkbeelden opdringt is groot.]

"Die Masturbation ist bei erwachsenen Mädchen und reifen Männern weit häufiger, als man anzunehmen plegt, und wirkt als Schädlichkeit nicht nur durch die Erzeugung der neurasthenischen Symptome, sondern auch, indem sie die Kranken unter dem Drucke eines als schändlich empfundenen Geheimnisses erhält."(26)

"Die Abgewöhnung der Masturbation ist nur eine der neuen therapeutischen Aufgaben, welche dem Artzte aus der Berücksichtigung der sexuellen Ätiologie erwachsen ... () Die ärtzliche Behandlung kan sich hier kein anderes Ziel stecken, als den wieder gekräftigten Neurastheniker dem normale Geschlechtsverkehr zuzuführen ..."(26-27)

"Die andere Aufgabe wird dem Arzte durch die Ätiologie der Angstneusose gestellt und besteht darin, den Kranken zum Verlassen aller schädlichen Arten des Sexualverkehrs und zur Aufnahme normaler sexueller Beziehungen zu veranlassen."(27)

Een probleem is het malthusianisme uit die tijd: de wens tot geboortebeperking dus. Anticonceptie is dan wel een punt, maar zou zo gedaan moeten worden dat de bevrediging voor man en vrouw niet verhinderd wordt.

"Schädlich ist alles, was das Zustandekommen der Befriedigung hindert; bekanntlich besitzen wir aber derzeit kein Schutmittel gegen die Konzeption, welches allen berechtigten Anforderungen genügen würde, d.h. sicher, bequem ist, der Lustempfindung beim Koitus nicht Eintrag tut und das Feingefühl der Frau nicht verletzt."(28)

[Onhelder: wat is excessief masturberen? waarom alleen volwassen meisjes en rijpe mannen? waarom zou masturberen de potentie verminderen (28)? Wat ik niet begrijp is dat hij niet veel meer aandacht heeft geschonken aan de psychische kanten van masturbatie etc. Hij geeft zelf aan hoe geheimzinnig je moet doen. Ik kan me alle mogelijke angsten en schuldgevoelens voorstellen, zeker in Freud's tijd, die 'de daders' bijzonder nerveus zullen hebben gemaakt. Het zit hem dan natuurlijk niet in het masturberen als zodanig, maar in de begeleidende psychische toestand van toenemende stress, angst, en innerlijke strijd. Maar nergens verklaart Freud dat masturbatie prima is, zodat niemand er nog zo geheimzinnig over hoeft te doen en zo verder. Integendeel eigenlijk: in feite versterkt Freud dat alles zelfs met zijn theorie: nu kunnen de betrokkenen ook nog bang zijn dat ze neurasthenisch of angstneurotisch worden!]

[Let op het woordje 'normaal'. Normaal is niet: masturberen of pollutie (n.b. iets onwillekeurigs in de slaap) of alleen maar opgewonden raken zonder bevrediging. Normaal is voor Freud bevrediging via een coïtus. Elkaar masturberen, jezelf bevredigen bij elkaar, orale seks, en noem nog maar duizend mogelijkheden op, zijn onvoldoende en leiden tot neurose. De therapeutische tips zijn er dan ook naar: het huwelijk, en maar hopen dat de vrouw vaak zwanger is zodat anticonceptie geen probleem vormt.]

[Freud is onhelder over die 'Lustempfindung'. Bedoelt hij zowel die van de man als de vrouw? Gaat het er in de coïtus ook om dat de vrouw bevredigd wordt? Of is bij de vrouw alleen maar belangrijk dat haar 'fijngevoeligheid' niet gekwetst wordt?]

Psychoneurosen

De tweede groep neurosen bespreekt Freud vanaf p.29. De oorzaken liggen - zoals al eerder gesteld - in seksuele ervaringen die opgedaan werden in de vroege jeugd.

"Man tut unrecht daran, das Sexualleben der Kinder völlig zu vernachlassigen; sie sind soviel ich erfahren habe, aller psychischen und vieler somatischen Sexualleistungen fähig. Sowenig die äußeren Genitalien und die beiden Keimdrüsen den ganzen Geschlechtsapparat des Menschen darstellen, ebensowenig beginnt sein Geslechtsleben erst mit der Pubertät, wie es der groben Beobachtung erscheinen mag. Es ist aber richtig, daß die Organisation und Entwicklung der Spezies Mensch eine ausgiebigere sexuelle Betätigung im Kindesalter zu vermeiden strebt; es scheint, daß die sexuellen Triebkrafte beim Menschen aufgespeichert werden sollen, um dann bei ihrer Entfesselung zur Zeit der Pubertät großen kulturellen Zwecken zu dienen (Wilh. Fließ.) Aus einem derartigen Zusammenhange läßt sich etwa verstehen, warum sexuelle Erlebnisse des Kindesalters pathogen wirken müssen."(31)

[Zijn conclusies over het seksuele leven van kinderen dus: we moeten het niet wegpraten of verwaarlozen, maar toch moet een uitvoerige seksuele activiteit in de jeugd (waar denkt hij aan?) vermeden worden, omdat de seksuele drift van mensen opgeslagen (? weer dat materialisme?) moet worden tot aan de puberteit omwille van grote culturele doeleinden (een zeer normatief theorietje van Fließ waarachter hij zich kritiekloos schaart). Vandaar ook dat seksuele gebeurtenissen in de jeugd pathogeen werken, aldus Freud.
Dit is een bijzonder zwakke argumentatie. Nee, zou ik kunnen zeggen, dat laatste is juist zo omdat seksuele activiteiten volledig buiten de kindertijd gehouden worden. Je roept met je opvattingen over seksualteit en kinderen zelf de problemen op die je in je psychoanalyse dan weer moet gaan aanpakken. Het is tegenstrijdig.
Het is ook allemaal zo simplistisch. Geen woord over leefomstandigheden, sfeer in het gezin, opleiding, armoede, nieuwsgierigheid of masturberen van kinderen, pedoseksuele contacten, en zo meer. Laat staan over de samenleving in bredere zin, met insittuties als kerken en zo verder.
Nog simplistischer is het dat alle nadruk op de seksuele kant van kinderlijke seksuele ervaringen wordt gelegd en ik niets lees over de uitoefening van macht en geweld en autoriteit door degenen die die seksuele activiteiten met kinderen hebben.]

[Vanuit een ander prespectief. Het is eigenlijk onbegrijpelijk dat ze Freud verweten hebben de beesten los te willen laten. Tot nu toe wijst niets op een versoepeling van de seksuele moraal die Freud zou voorstaan. Hij wil alleen maar dat het verschijnsel seksualiteit zoals dat nu eenmaal speelt, openlijk erkend en besproken wordt en dat de huichelarij plaats maakt voor openheid en een zekere mate van tolerantie. Dat laatste bepleit hij in ieder geval uitstekend in dit artikel.]

Methode van de psychoanalytische therapie

Tot slot schrijft hij over de psychoanalytische therapie (32-34), zijn methode en de beperkingen die hij er aan ziet (zie 1895d), waarbij hij nu dus voortaan dat etiket 'psychoanalyse' gebruikt om zijn techniek te onderscheiden van de vroegere als hypnose en zo verder. De beperkingen - al is ook op dat punt nog veel onbekend:

de methode moet door een therapeut echt geleerd worden, dat kost heel wat tijd;
de methode vergt rijpheid en intelligentie en zelfinzicht bij de zieke;
bij oudere personen zou de therapie door de grote hoeveelheid herinneringsmateriaal te lang duren;
tijdens acute toestanden werkt het niet, alleen bij chronische problemen; bij hysterische verwardheid, manie, melancholie, dus bij alle crises, staat psychoanalyse machteloos en moet eerst via andere wegen een toestand van rust gecreëerd worden;
bij hysterische fobie en dwangneurose werkt psychoanalyse het best, is daar ook het meest gedaan en het best gelukt, terwijl dat niet zo was met andere psychotherapieën (34);

Zijn conclusie is dan ook:

"Mein Material sind eben chronisch Nervöse der gebildeten Stande."(33)

Maar hij sluit voor de toekomst andere methoden voor andere groepen niet uit.