>>>  Laatst gewijzigd: 28 september 2022   >>>  Naar www.emo-level-8.nl  
Ik

Notities bij boeken

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Notities

Hafid Bouazza was een schrijver van Marokkaanse afkomst die sinds zijn zevende in Nederland woonde. Hij leefde van 1970-2021 en studeerde in Amsterdam ooit Arabische taal en letterkunde. Hij staat bekend om zijn kritiek op de Islam.

Ik kan geen oordeel geven over wat Bouazza verder allemaal geschreven heeft - ik heb verder niets van hem gelezen - maar dit boek vind ik een ongelooflijk slecht boek.

Allereerst vanwege de irritante schrijfstijl die vol zit met ironie en cynisme en slechte grapjes, die blijkbaar bedoeld zijn om andere mensen - en dan toch weer vooral vrouwen - af te zeiken.

Ook vanwege de nietzeggende inhoud waarin allerlei oppervlakkige beweringen worden gedaan die of niet interessant zijn of niet onderbouwd worden op een manier die zakelijk en feitelijk is en waarvan je nog iets zou kunnen leren. Alleen maar uitgebreid allerlei bronnen citeren om te laten zien hoeveel je weet is niet hetzelfde als iets onderbouwen. Het probleem met cultuurrelativisme, de zogenaamde 'vrije keuze' voor een hoofddoek, het conformisme van vrouwen die de vrouwvijandige Islam blijven verdedigen, het probleem met religie in het algemeen, Bouazza noemt het, geeft er een voorbeeld van, maar werkt verder niets uit over die kwesties.

Evenmin begrijp ik waarom de auteur zo vaak de koran erbij haalt. Begon hij niet met dat de Islam de vrouw niet dient? Was het boek geen kritiek op de Islam?

Hij citeert geregeld Altahawy en heeft bewondering voor Altahawy's werk. Terecht. Maar ik raad iedereen aan om Altahawy te lezen en niet dit zelfgenoegzame werkje van Bouazza.

Voorkant Bouazza 'De akker en de mantel - Over de vrouw en de islam' Hafid BOUAZZA
De akker en de mantel - Over de vrouw en de islam
Amsterdam–Antwerpen: Em. Querido’s Uitgeverij, 2015, 233 blzn. (epub);
ISBN-13: 978 90 2145 6393

(7) Waarschuwing en woord vooraf

"Dit boek biedt geen oplossingen; het is een schorre kreet tegen onrecht en gruwelpraktijken, een treurnis, met een brok in de keel, om starheid en onveranderlijkheid, en tevens een onderzoek naar het verdwijnen van het vrouwelijke element in het monotheon van de islam. Men zal in enkele delen van dit boek mijn vaste overtuiging aantreffen dat verandering revolutionair zou moeten plaatsvinden en niet stapsgewijs, want dat voedt enkel de reactionaire machten (...) Waarin ik helemaal niet geloof is de idee dat de islam via de islam zélf veranderd zou kunnen worden; (...) Cynisch genoeg bewijst deze methode wat je wilt bestrijden – en dit ontgaat velen: dat de islam de vrouw niet dient, noch een strijdgenoot van haar is." [mijn nadruk] (7-8)

[Dat klinkt goed ...]

"Er is in essentie iets mis met de islam: de islam is reactionair. En de reactionaire reactie op de vrouw, de onderwaardering van en de angst voor de vrouw komen in deze eeuw, na de bewonderenswaardige strijd die vrouwen hebben gestreden (via de pen, in fabrieken, op straat), harder aan dan ooit – het is alsof je een bewoond huis ziet branden en niets kunt doen.
En dan gaat het mis. Want als de ellende waaraan een vrouw in naam van de islam wordt onderworpen cultureel wordt gerelativeerd, wat heeft de basis van geslachtelijke gelijkheid, die grondwettelijk verankerd is in liberale landen, dan voor intrinsieke waarde? Het ziekelijke aan cultuurrelativisme is dat het nihilistisch is: immers, als alle culturen gelijk zijn, wat is dan de morele maatstaf? De positie van de islam raakt, met andere woorden, ook de glorieuze verworvenheden van het Westen." [mijn nadruk] (9-10)

[Ja, maar dat is nog vaag, dat zou verder uitgewerkt moeten worden.]

(26) Godinnen en moeders

De auteur geeft allerlei poëtische uitingen over de vrouw in andere culturen etc. en concludeert dan:

"Een Arabische hymne aan een goddelijke vrouw? Die is er niet."(34)

Niet meer, in ieder geval. Vrouwen werden al snel uit het pantheon van de Islam gegooid.

"Mochten er hymnen en gebeden van, laten we zeggen, een eeuw van vóór de islam zijn geweest, dan zijn deze vernietigd of liggen ze begraven te wachten op de zonneschijn van archeologen ... (...) En zoals men zal lezen, wat er overgebleven is van al die godinnen zijn slechts de namen, in inscripties op rotsen, heuvelwanden en stenen – de nagelsporen van ontvoerde hemelwezens."(38)

(52) Moeders

"Maria en de godinnen Al-Lāt, ‘Uzzah en Manāt komen er dus nogal bekaaid af in de Koran. De vrouw die onder moslims wél hogelijk wordt vereerd, ja, men kan zeggen zelfs een heilige status heeft, is Aïcha, de laatste en jongste bruid van Mohammed."(52)

"Maar zou Aïcha de huidige moslima ten voorbeeld kunnen dienen? Welzeker, als mannen in hun kleding, baarddracht en kleding en in het gebruik van tandenstokers en geurwater hun Mohammed trachten te imiteren, waarom zouden vrouwen dan niet een voorbeeld kunnen nemen aan Aïcha? Ik weet dat veel islamitische feministes verwijzen naar Aïcha. Aïcha was echter de vrouw van Mohammed, had een bevoorrechte positie, en was essentieel in het vormen van de traditie door haar overlevering van zijn uitspraken. Nog liever verwijzen ze naar Khadīdja (567-620), de eerste vrouw van Mohammed, een koopvrouw, zelfstandig, drie keer eerder getrouwd, rijk, in het bezit van karavanen die handel dreven (Mohammed was een van haar medewerkers, de enige betrouwbare natuurlijk). " [mijn nadruk] (62)

"Liefhebben kan niet samengaan met ontzegging van bewegings-, denk- en geestesvrijheid, want zulke zaken verbieden onder het mom van het belang van de ander is een teken van kleinering."(63)

"En kom helemaal niet bij me aanzetten dat de islam de vrouw beschouwt als een kostbare steen, edelsteen, juweel, kleinood of wat voor levenloos duur ding dan ook: die voorwerpen leven ten eerste niet, hoe kostbaar ook, en gehoorzamen precies de holte van je hand, en zelfs metaforisch is het een depersonificatie van de vrouw ... (...) Het gaat mijn verstand te boven dat een vrouw begrip kan hebben voor zulke zaken, zelfs voor genitale verminking, onder de vlag van cultuur en cultuurrelativisme." [mijn nadruk] (63)

"Waarom, o waarom, wordt een vrouw in zulke gevallen – gevallen van duizelingwekkend onrecht – beschouwd als het bezit van een cultuur en niet als een menselijke entiteit? Men moet wel aan een vorm van onbarmhartigheid lijden om een (veranderende) abstractie als cultuur boven de eenzaam schreiende en schreeuwende waarheid van vlees en bloed te verkiezen." [mijn nadruk] (64)

(68) Boetedoening, te laat

"Maar nee, we waren apen in een kooi waarvan we niet eens de schaduw die de tralies wierpen konden overzien, omdat we het blijkbaar vanzelfsprekend vonden dat onderwijs voor vrouwen geen gewoonte was, zo was nu eenmaal de traditie. Maar dat was traditie, we waren (hoe huiveringwekkend eraan terug te denken) geconditio­neerd door gewoontes en gebruik. Traditie is een cirkelende vorm van overleven, maar als deze cirkel niet doorbroken wordt, zal er geen verandering, geen ontwikkeling plaatsvinden."

[Ik begrijp niet waarom de auteur zo vaak zo graag de koran erbij haalt. Begon hij niet met dat de Islam de vrouw niet dient? Nog steeds geen afstand genomen?]

[Het is allemaal erg literair en ironisch / cynisch. En hij wil zo graag leuk doen. Maar wat wil hij nu eigenlijk beweren behalve het voor de hand liggende dat de Islam de vrouw niet dient, integendeel?]

(76) Seks in Mekka

Over de bedevaart waarbij vrouwen stiekem betast worden door allerlei mannen.

[Daar had Eltahawy het ook al over. Hier weer allerlei literaire en historische bronnen die niets toevoegen aan het idee.]

(85) Revolutie! Of knaapjes verdringen slavinnen

[Weer een hoop geschiedenis van met name poëzie en citaten er uit.]

"De droevige conclusie (in mijn wereldbeeld is elke conclusie droevig) is dat literatuur en literaire grootheden geen werkelijke verandering kunnen voortbrengen – nog los van de vraag of ze dat willen. Zelfs een opstand als die van de shu’ūbiyyah-beweging heeft vooral een revolutie in de kunsten, wetenschappen en literatuur voortgebracht."(103)

(111) Een buitengewoon schouwspel

"Hoe zou het de vrouw vergaan? Om een bekende uitspraak te parafraseren: het eerste slachtoffer van een islamitische revolutie is de vrouw. Van het Wahhabisme, via de fis, de Moslimbroederschap, de Taliban, de ‘Arabische lente’ en nu is (Islamitische Staat) (...) bleek onzichtbaarheidsstelling in het sociale en politieke leven het sine qua non voor een prille islamitische staat."(111)

"Meer nog dan fossiele brandstoffen, het verspreiden van een religieuze ideologie en een apocalyptisch verlangen naar werelddominantie, lijkt de slag tussen de islam en het Westen om de vrouw te gaan – vooral in een wereld en in samenlevingen waarin het traditioneel mannelijke machismo aan slijtage onderhavig is."(120)

(122) Treed voorzichtig: het gaat om de islam

"Sinds de moord op Theo van Gogh en het vertrek van Ayaan Hirsi Ali is het saai en dul geworden in Nederland. Spot met slagtanden en intelligente woede that speaketh daggers but useth none worden node gemist. Al was het maar omdat hun felle redelijkheid de volmaakte waanzin buiten de deur en het wankele geloof in de mensheid overeind hield."(122)

[Daar ben ik het helemaal niet mee eens.]

Meer over Eltahawy ("Why Do They Hate Us"), met wie de auteur het eens is.

"Als de islam niet monolitisch is, waarom voelden de moslima’s die erop reageerden zich dan aangesproken? Ook zou ze vooroordelen over de islam en de man bevestigen. Men kan zich afvragen wie deze vooroordelen bevestigt: mannen die hun obscurantistische waanvoorstellingen op vrouwen botvieren of een vrouw als Eltahawy die ze aan de kaak stelt."(124)

"Wie een ‘weerlegging’ van Eltahawy wil lezen die van een adembenemende stompzinnigheid is, moet Max Fisher in The Atlantic hebben. Liefhebbers van Edward Said en Oxfam Novib-fanaten zullen zijn schrijfsels met gretige instemming verslinden."(126)

"Het zijn de iconoclasten en onbevreesden zoals Mona Eltahawy die ruimte geven aan angstige huiveraars om het uitzicht vanuit hun voormalige gevangenis te prijzen. Mocht het erop lijken dat ik suggereer dat ik vind dat alleen afbraak tot vernieuwing kan leiden, dan klopt dat." [mijn nadruk] (130)

"Al pakt ze [Eltahawy - GdG] de islam niet hard genoeg aan. Ook zij ontziet de kern van het probleem." (130)

[Makkelijk, die kritiek op Eltahawy, maar nergens maakt hij duidelijk hoe hij de Islam dan 'hard genoeg' wil aanpakken en wat dan die 'kern van het probnleem' is. Werk dat eens uit, zou ik zeggen. Maar nee.]

(130) Intermezzo: De stem van de moslima in Nederland

"Er was een wankele reden tot enige hoop toen na de barse stemmen van gejurkte imams geluiden begonnen op te klinken uit de kelen van gedecolleteerde moslima’s. De moslima’s met hoofddoek hadden hun niet veel soelaas gebracht. Het was een en al softreliporno wat ze brachten voor cameralenzen die niet eens met vaseline ingesmeerd hoefden te worden of in kranten die bedauwd leken te blijven van hun goedbedoelende inkt. De islam droeg geen bom in de tulband, maar een roos onder de hoofddoek."(131)

[Dat vreselijke zogenaamd lichtvoetige, zogenaamd humoristische taalgebruik van Bouazza ... Er wordt geen kritiek uitgewerkt op de zogenaamde vrije keuze van moslima's die zeiden 'uit vrije wil' een hoofddoek te dragen. Er wordt alleen gesteld dat ze even goed de Islam verdedigden als mannen.]

"De vrouwen herhaalden eigenlijk wat de mannen ook al hadden gezegd, maar dan een octaafje hoger. Variatie in toonhoogte veranderde niets aan de monotonie van de boodschap. De islam werd niet begrepen, men (dat wil zeggen niet-moslims en vooral de kritische onder hen) leed aan vooroordelen, en wat terroristen en schurken van de straat uitspookten had niets met de vreedzame leer van de islam te maken. Onwetendheid was de grootste vijand en meer kennis van de islam was geboden. De islam behoefde niet bekritiseerd te worden, maar enkel begrepen. Weet je wel." [mijn nadruk] (132)

[Wat uiteraard flauwekul is, dat ben ik wel met hem eens. Maar om dan weer je cynisme en je betweterij uit te gieten over één publiciste die die lijn volgt is ook weer zo flauw. ]

"Men leest vaak de roep om het geluid van ‘gematigde’ moslims, maar wat we nodig hebben is de stem van afvalligen. Alleen afvalligheid kan de islam en het Westen redden van de rottende kern van de islam."(140)

[Ik zou het breder trekken dan alleen de Islam. ]

(143) Arabische lente op zwart zaad

Over de mislukte Arabische revolutie die in de Westerse media zo geïdealiseerd werd.

"In zo’n testosteronrijke context maakten vrouwen geen enkele kans, zeker niet in de islamitische wereld; de behandeling van vrouwen op het Tahrirplein getuigde van immense verachting; hun positie in de nieuwe Arabische orde is schrijnend – er is niet veel veranderd. Schrijfster Mona Eltahawy liet zich direct horen, al vanaf 2011, over de molestaties van vrouwen tijdens het oproer, toen vooral de vreugde overheerste in de binnenlandse media. Boegbeeld van deze vreugde werd Petra Stienen, arabiste." [mijn nadruk] (144)

"Dat de ‘Arabische lente’, jongeren of geen jongeren, geen zoete bloesems zou voortbrengen en geen stuifmeel als confetti zou verspreiden, was voor de kritische beschouwer al duidelijk toen het teken aan de wand, het onheilsteken bij uitstek, duidelijk zichtbaar werd: de uitsluiting van vrouwen. De vrouwelijke afwezigheid bij de opstandelingen op het Tahrirplein was des te opmerkelijker omdat vrouwen onder de pro-Moebarak-demonstranten maar al te zichtbaar waren."(148)

[En waar was Bouassa tijdens die Arabische lente? Het is wel erg gemakkelijk om allerlei vrouwen in de media af te zeiken die in het begin enthousiast waren over die Arabische lente.]

"‘Niet nu!’ hoorden we ook uit vrouwelijke kelen. Toen de abortusboot van Women on Waves, van de onvolprezen Rebecca Gomperts, in Marokko aanmeerde. Nora Kasrioui, van een of andere vrouwenrechtenorganisatie, schreef in Trouw van 17 oktober 2012: ‘Wie zijn doelen wil realiseren, moet niet alleen rekening houden met de doelgroep en zijn omgeving. Een islamitisch land als Marokko heeft niet dezelfde periode van verlichting doorgemaakt als het Westen. Er moet sterk rekening worden gehouden met eer, familiegevoelens en alles wat de omgeving belangrijk vindt. In zo’n land bereik je veel en veel meer door dit soort uiterst gevoelige onderwerpen in kleine kring en in stilte te bespreken. Met een exhibitionistische aanpak schiet je als feministische zusters je doel voorbij en dat is erg jammer.’
‘Niet dezelfde periode van verlichting’: het staat er echt! Wat voor verlichting Marokko dan wél heeft meegemaakt, wordt niet vermeld, als zaken als ‘eer, familiegevoelens en alles wat de omgeving belangrijk vindt’ blijkbaar nog steeds van groter belang zijn dan de belangen van het vrouwelijk individu. Zulke zaken ‘in kleine kring’ bespreken verandert natuurlijk nooit ofte nimmer iets aan de externe factoren die zulke zaken altijd in het donker zullen houden. Hoor ik daar iemand ‘bevoogdend’ en ‘aanmatigend’ roepen? Of is dat de echo van mijn fatsoenlijke gedachten?"

[Dit is een goed voorbeeld van hoe cultuurrelativisme in de praktijk een rol speelt. Dat eeuwige 'rekening houden met de cultuur van anderen' etc. etc. - zoals feministes door dit soort reacties gingen doen vanuit een vals gevoel van solidariteit - levert niets op en vergeet dat er min of meer universele maatstaven zijn voor een aantal zaken.]

"Wil dit nu zeggen dat de Arabische wereld de westerse moet volgen? Jazeker. Het is toch verbazingwekkend dat men hoog opgeeft van de culturele bloei in de middeleeuwen van de Arabische wereld en hoe deze toentertijd superieure beschaving het moderne Westen zou hebben beïnvloed, maar dat er voorzichtigheid geboden is wanneer men het over het superieure huidige Westen wil hebben?"(158)

(161) Seks en de citadel

"Met een koffer vol vibrators en erotische lectuur toog Shereen El Feki, presentatrice van Al Jazeera English, naar Egypte en enkele andere Arabische landen om veranderingen in de seksuele mores na de recente opstanden te onderzoeken. Zou de ‘Arabische lente’ ook een vernale bloei in het seksuele leven van de Arabieren hebben veroorzaakt?"(161)

[Nee dus. Maar de auteur is onnodig bezig met het afzeiken van El Feki en met grappig doen.]

(173) In Nederland begon de nederlaag

"Nederland als springplank voor de islam: zo vergezocht is dat idee niet, dacht ik. Het zou me namelijk niets verbazen als haar [Iemand op tv bij Dr. Phil - GdG] interesse voor de islam in dit land was gewekt.
Zonder statistieken en vergelijkingen met andere landen te bestuderen, kan niemand ontkennen dat Nederland bijzonder toegeeflijk is geweest, en nog steeds is, jegens de islam. Schrijf ik ‘toegeeflijk’? Ik bedoel ‘onderkruiperig’ – een serviele, kluchtige versie van de onderwerping die de kern van de islam is." [mijn nadruk] (175)

"Annabel Nanninga schreef in een van haar columns dat onenigheid ons zwak maakt. Ik geloof dat niet; onenigheid is niets anders dan verscheidenheid, de verscheidenheid waarvoor moslims zo’n angst en waaraan ze zo’n hekel hebben."(178)

(184) Het licht in het Westen, het daagt in het Oosten

Over Huda Shaarawy (1879-1947) en de geboorte van het feminisme in Egypte.

(224) Epiloog

"Het onderwerp van de vrouw in de islam fascineert me, omdat de culturele aspecten van religie me fascineren – niet de morele aspecten. Maar laten we niet vergeten dat vrouwen zelf, traditioneel gehecht als ze zijn, hebben meegewerkt aan deze stagnatie en achteruitgang. Het is een manier om te overleven, daarom blijven de tradities ook in stand; moeders misgunnen hun dochters wat hun zelf niet geschonken werd: hiermee bedoel ik dat het een vorm van zingeving van de eigen ellende is." [mijn nadruk] (227)

[O, vandaar de oppervlakkigheid. En ik zou zeggen: analyseer die laatste kwestie eens, wat betekent het in de praktijk dat vrouwen meewerken aan hun eigen onderdrukking? Altahawy heeft daar zinnige dingen over te zeggen. Bouassa niet.]