>>>  Laatst gewijzigd: 2 december 2020   >>>  Naar www.emo-level-8.nl  
Ik

Notities bij boeken

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Notities

Incididunt nisi non nisi incididunt velit cillum magna commodo proident officia enim.

Voorkant Plato Verzameld Werk PLATO
Philebus (Verzameld Werk, deel 5, editie Xaveer de Win)
Antwerpen / Baarn: Nederlandsche Boekhandel / Ambo, 1978;
ISBN 90 2890 3380 (DNB) / 90 2630 4242 (Ambo)

In dit boek praten Socrates, Protarchus en Philebus met elkaar over de vraag of het goede gelegen is in het genot (Philebus) dan wel in het inzicht (Socrates). De samenvatting in het begin:

" Wel, Philebus beweert het volgende: goed is, voor alle levende wezens, de blijheid, het genot, de verkwikking en alles wat met dit soort van gevoelens overeenstemt. Volgens mijn (Socrates - GdG] bewering is het integendeel nièt dat, maar wèl het inzicht, het verstand, het geheugen en alles wat daarmee verwant is: de juiste mening, de ware redeneringen. Die zijn verkieslijker dan het genot voor alle wezens die bij machte zijn eraan deel te hebben; en alwie tot zulke deelneming in staat is, zowel nu als in de toekomst, zal er de grootst mogelijke baat bij hebben."(311)

[Socrates' bekende standpunt dus. Ik vraag me zo langzamerhand af of al dat inzicht en verstand voor de samenleving en individuele mensen wel zo veel meer opleveren dan genieten en blijheid en zo verder. Ik denk het eigenlijk niet.]

Socrates' kritiek dat 'genot' een dubbelzinnig begrip is - p.313 ev - snijdt geen hout, omdat dat net zo goed geldt voor het begrijp 'verstand' of 'inzicht', zoals hij zelf ook opmerkt (315 ev.).

[Wat volgt is typisch: er wordt weer gegoocheld met allerlei aannames en onderscheidingen en 'deel hebben aan' en de ideeën 'veelheid en eenheid' die niets verhelderen en niets bewijzen. Een voorbeeld:]

"In het genotsleven mag geen inzicht voorkomen, en geen genot in het leven van inzicht. Als een van beide immers het goede is, mag het helemaal niets anders nodig hebben; zodra een van beide iets blijkt nodig te hebben, is dàt alvast niet langer het ware goede dat we zoeken."(325)

"En zo is het, in de loop van ons betoog, voor het verstand én voor het genot absoluut uitgesloten dat één van hen absoluut goed zou zijn, daar ze noch op zichzelf volstaan, noch het karakter van afdoendheid en volmaaktheid bezitten. (...) Zo kwam dan een derde element aan het licht dat het won van elk van beide. Maar aan de andere kant is het nu duidelijk gebleken, dat het verstand duizendmaal meer verbondenheid en verwantschap vertoont met de overwinnaar, dan het genot."(400)

[Wat allemaal nonsense is. Waarom zou in het genot geen inzicht mogen voorkomen en inzicht genot? Dat zijn zo maar aannames vanuit de theoretische behoefte aan strikte tegenstellingen. Het 'ware goede' mag blijkbaar ook nergens mee 'vermengd' zijn, nergens van afhankelijk zijn, want dan komt de veelheid om de hoek kijken natuurlijk. Het zijn stiekem allemaal vooronderstellingen die in feite nergens onderbouwd worden, ondanks alle zogenaamde argumenten die een en ander moetren bewijzen. Maar dat doen ze gewoonweg niet. En daarmee wordt het hele verhaal geklets.]