>>>  Laatst gewijzigd: 17 januari 2024   >>>  Naar www.emo-level-8.nl  
Ik

Notities bij boeken

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Notities

Hanneke de Graaf is als senior onderzoeker verbonden aan Rutgers, het bekende Nederlandse expertisecentrum voor seksualiteit met een lange geschiedenis (NVSH, NISSO). Ze is projectleider van een paar grote bevolkingsonderzoeken zoals Seks onder je 25ste.

Voorkant De Graaf e.a. 'Hoe denken kinderen van 9 tot en met 12 jaar over seks?' Hanneke DE GRAAF
Hoe denken kinderen van 9 tot en met 12 jaar over seks? - Resultaten onderzoek Rutgers i.s.m. het NOS Jeugdjournaal
Den Haag: Wetenschappelijk Onderzoeks- en Utrecht: Rutgers, 2016, 9 blzn.; rapport

Samenvatting van een onderzoek onder kinderen en hun ouders

N.a.v. van de Week van de Lentekriebels, een projectweek op basisscholen georganiseerd door Rutgers en GGD-en met allerlei materialen als startpunt.

" In al deze producten en materialen maakt Rutgers gebruik van cijfers over de seksuele ontwikkeling van kinderen. Ouders willen graag weten wat ‘normaal’ is op welke leeftijd en wanneer je er met kinderen over moet praten. En scholen willen hier met de seksuele vorming bij aansluiten. "(2)

[Dat illustreert hoe normatief het allemaal kan worden, want hoe neutraal / objectief zijn die cijfers / opvattingen over de seksuele ontwikkeling van kinderen en wat als 'normaal' afwijkt van wat ouders verwachten? En het feit alleen al dat ouders geen idee hebben ... ]

"Onze kennis van de seksuele ontwikkeling van kinderen op de basisschool is tot nu toe echter beperkt. Wat we hier tot nu toe van weten, komt vrijwel uitsluitend uit indirect onderzoek: onderzoek onder ouders (waar hen gevraagd wordt wat zij bij hun kinderen zien) of onderzoek onder jongeren of volwassenen (waarbij hen gevraagd wordt naar de kindertijd). Dergelijk onderzoek heeft beperkingen, want ouders zien niet alles, en jongeren of volwassenen herinneren zich niet meer alles. Het is daarom belangrijk om onze kennis van de seksuele ontwikkeling van kinderen te toetsen bij de doelgroep zelf." [mijn nadruk] (2)

[Maar dat is natuurlijk even betrekkelijk, omdat wat kinderen op die leeftijd denken en uitspreken ook volledig ingebed is in wat hun ouders aan signalen afgeven en hoe de media en instanties dingen brengen. Kijk naar de eerste vraag: "Hoe vind je het om iets te horen of te zien wat met seksualiteit te maken heeft?"(3) Krijgen we nu terug wat die kinderen werkelijk vinden of krijgen we terug wat ze denken dat we willen horen? En wordt er doorgevraagd? Waarom vind je dat vies? bijvoorbeeld. Nee, want het zijn vragenlijsten. Hetzelfde met zo'n vraag als "Wie mag je in je blootje zien?" Je zou bijna gaan denken dat het echt waar is dat er op op de leeftijd van 11 - 12 jaar bij meisjes sprake is van een 'natuurlijke schaamte' omdat ze borsten krijgen en zo. Maar die meisjes kijken allemaal naar Amerikaanse series op televisie en krijgen dat soort preutse gedrag met de paplepel ingegoten. Kijk eens naar zo'n populaire jeugdfilm als 'Fly Away Home', de douchescene ... ]

"Meisjes weten vaker het antwoord op vragen over ongesteldheid, voortplanting en homoseksualiteit, terwijl jongens vaker het antwoord weten op vragen over piemels en natte dromen. Ouders onderschatten de kennis van hun kinderen op een heel aantal thema’s: kinderen hebben het dan vaker goed, dan dat ouders denken dat hun kind dat weet. " [mijn nadruk] (5)

"Kinderen denken vooral veel na over verliefdheid en verkering, en daarnaast ook over hoe een lichaam eruit ziet of verandert in de puberteit of over hoe baby’s ontstaan en geboren worden. Ze denken nog niet zoveel over wat seks is, condooms, wensen en grenzen en seks in de media. Meisjes denken over vrijwel alle onderwerpen vaker na dan jongens en over een aantal onderwerpen (verkering, hoe je lichaam verandert, wat seks is, wensen en grenzen bij verkering, condooms en seks in de media) denken oudere kinderen vaker na dan jongere kinderen. " [mijn nadruk] (5)

"Kinderen willen informatie vooral op de traditionele manier krijgen: van hun ouders, of van school. Dat geldt voor zowel jongens als meisjes en voor jonge en oudere kinderen. Kinderen vinden het vaker leerzaam en minder vaak spannend dan hun ouders denken om over dit onderwerp te praten met hun ouders of op school. Ze geven aan de andere kant ook vaker aan dat ze geen behoefte hebben aan informatie, dan hun ouders denken. Ouders geven vaker aan dat ze altijd antwoord geven op vragen dan dat kinderen zeggen (niet in Tabel). Van de ouders zegt 71% dat ze dit altijd doen, tegenover 52% van de kinderen. Kinderen zeggen wat vaker dat ze soms wel, soms niet antwoord krijgen (31%, tegenover 22% van de ouders). " [mijn nadruk] (7)

"Kinderen zijn over het algemeen goed op de hoogte van voortplanting en lichamelijke veranderingen in de puberteit. Ouders zijn over het algemeen goed op de hoogte van wat er speelt bij hun kinderen: wat ze weten, vinden, voelen en meemaken. "(8-9)

[Kunnen we dat laatste wel stellen na de weergegeven cijfers? Ouders onderschatten in het algemeen dus nogal wat hun kinderen weten en willen weten, maar concreet is het natuurlijk ook best lastig om te achterhalen wat je kind weet en wil weten. Het eeuwige advies is dan ook 'blijf in gesprek met je kinderen'. Maar hoeveel ouders zijn in gesprek met hun kinderen als het om seksualiteit gaat? Ik kan dat hier toch niet goed uit opmaken.]

[Blijkbaar is er niet gevraagd naar seksuele ervaringen, bijvoorbeeld met masturberen. Bij de afdeling "Ervaring met verliefdheid, verkering en zoenen" wordt er met de verkering nooit zoiets gedaan als elkaar bloot bekijken, doktertje spelen en zo meer? Nogal fantasieloos, lijkt me. Kinderen zijn nieuwsgierig, maar niet hiernaar? Daar is misschien ook niet aar gevraagd.]