>>>  Laatst gewijzigd: 9 december 2020   >>>  Naar www.emo-level-8.nl  
Ik

Notities bij boeken

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Notities

Incididunt nisi non nisi incididunt velit cillum magna commodo proident officia enim.

Camus 'La chute' Albert CAMUS
La chute [Oeuvres complètes, Vol III 1949-1956, p. 695-771, incl. bijlagen]
Parijs: Gallimard, Bibliothèque de la Pléiade, 2006

[Lang geleden de Nederlandse vertaling gelezen. Op basis daarvan:]

Samenvatting

Logischerwijs wordt de ik-vorm gebruikt, want het hele verhaal in dit boek is een zelfbekentenis. Een advocaat uit Parijs komt in gesprek met een persoon in café Mexico-City in de jodenbuurt van Amsterdam. Daar volgt als toelichting op het beroep van de ik-persoon - boetedoend rechter - zijn hele levensverhaal via zes hoofdstukken.

Jean Baptiste Clamence (JBC) was een briljant advocaat, voorkomend en uiterst beleefd in de omgang, altijd bezig moeite te doen om anderen te overtreffen in behulpzaamheid, wellevendheid en vrijgevigheid. Hij voelde zich een oneindig hoog verheven god die boven alle andere creaturen stond. In de liefde verbond hij zich met allerlei vrouwen tegelijkertijd, toneelspelend en fantaserend om desondanks zijn vrijheid te behouden.

Deze arrogante zelfverzekerdheid wordt echter ondermijnd als op een gegeven moment een meisje zelfmoord pleegt door van de Pont des Arts in de Seine te springen en hij er niet toe kan komen om terug te gaan om haar te redden. Ook hoort hij jaren later nog een vreemd lachen in de Seine en thuis onder het raam van zijn woning. Dit is natuurlijk een dwangidee dat ontstond door die zelfmoord en zijn reactie daarop. Hij krijgt het gevoel door iedereen uitgelachen te worden en zijn zelfverzekerdheid gaat daardoor over in totale twijfel aan zijn vroegere leven dat hij als oppervlakkig beleefde. Zijn herinneringen geven hem nu meer onbevredigende situaties in die maken dat zijn vroegere ivoren toren instort. Weer later probeert hij zich van zijn kwade kant te laten zien, maar dat mislukt grotendeels omdat het establishment nu eenmaal veel accepteert van mensen die arrivé zijn. De advocaat vervalt vervolgens in totale bandeloosheid die zijn gezondheid nadelig beinvloedt maar hem geestelijk rustiger maakt en bereid om een andere richting te kiezen.

Hij gaat naar Nederland en begint in de havenkroegen van Amsterdam een nieuwe praktijk onder souteneurs en misdadigers, die hij psychologisch zo bewerkt dat hij weer boven de mensen kan uitstijgen. Dat laatste behandelt hij in het laatste hoofdstuk.

In dit met de Nobelprijs onderscheiden werk wil Camus een levensbeschouwing overbrengen via de zelfbekentenis van de advocaat. Met diens levenservaring, via diens intelligente kijk op mensen en wereld geeft Camus zijn eigen denkbeelden weer over godsdienst, vrijheid, intermenselijke verhouingen, schuld en onschuld, straf en recht, maatschappij en instituten. Deze denkbeelden zijn (of eerder: lijken) pessimistisch. Ze zijn echter ook van een bewonderenswaardige diepte, rijpheid en intelligentie, en de lezer wordt aan het denken gezet over dingen die hem tot dan toe vanzelfsprekend voorkwamen.

Citaten

"De mensen staan zo snel met een oordeel klaar om een oordeel over zichzelf te ontlopen."

"De overtuiging van zijn eigen onschuld is een begrip dat de mens is aangeboren."

"Een fundamentele waarheid is niets anders dan een die men ontdekt als men alle andere waarheden heeft begrepen."

"Ieder mens is het levende bewijs van de misdaad van al zijn medemensen."

"Men kan de ander een oordeel ontnemen door een oordeel over zichzelf te geven."